De btw op het onderhoud en verbouwen van woningen gaat op 1 maart naar 6 procent. Dat is een van de maatregelen uit het akkoord over de woningmarkt van het kabinet met de oppositiepartijen D66, ChristenUnie en SGP.
De fracties van de partijen die gisteren een akkoord sloten stemmen allemaal in met de aangepaste plannen. De onderhandelaars werden het gisteren eens met minister Blok en vanochtend stemden VVD, PvdA, D66, ChristenUnie en SGP daar na een korte vergadering mee in. In de afspraken staat onder meer dat de huren maximaal 6,5 procent stijgen in plaats van 9, dat de verhuurdersheffing voor corporaties kleiner wordt en dat de aflossingstermijn voor nieuwe hypotheken 35 jaar wordt in plaats van 30. Verder hoeven huizenbezitters maar de helft van hun hypotheek af te lossen. De hypotheekrenteaftrek wordt dan wel geleidelijk minder. De belangrijkste maatregelen zijn:
Huren en kopen
- Een jaarlijkse verhoging van de huur met maximaal 4% boven inflatie (ipv 6,5 % in het Regeerakkoord) voor de inkomensgroep boven 43.000 euro per jaar. Voor de inkomensgroep tussen 33.614 en 43.000 euro wordt het 2 % boven inflatie (ipv 2,5% in het Regeerakkoord). Voor de inkomens tot 33.614 euro gaat de huur met 1,5 % boven inflatie omhoog.
- De verhuurderheffing die de woningcorporaties zullen moeten afdragen zal langzamer oplopen. Hij bedraagt in 2013 vijftig miljoen en loopt op tot 1.7 miljard in 2017. De heffing kan volgens het kabinet en partijen structureel meer dan volledig en in de komende jaren grotendeels worden betaald uit de opbrengst van de huurverhoging. Corporaties kunnen ook zelf een bijdrage leveren door verkoop van woningen en efficiënter werken.
- Het volledig en annuïtair aflossen van hypotheken binnen 30 jaar blijft de norm. Wel komt er de mogelijkheid om naast de hypotheek een tweede lening af te sluiten tot 50% van de waarde van de woning en een looptijd van maximaal 35 jaar. Deze tweede lening kan niet worden afgetrokken van de belastingen. Dit betekent dat in de eerste jaren de maandlasten lager uitvallen. Over de gehele periode zijn de kosten echter hoger wanneer de consument voor dit product kiest. Dit leidt niet tot wijziging van de Wet IB 2001.
- De bijdrage van het Rijk aan de startersleningen wordt in 2013 verhoogd van 20 naar 50 miljoen euro. Daarmee kunnen circa 11.000 startersleningen worden verstrekt.
Bouwen
Het kabinet en D66, CU en SGP gaan de investeringscapaciteit in de bouw stimuleren door:
- Een BTW-verlaging van 21 naar 6 procent voor verbouwingen en renovatiewerken in de bestaande bouw gedurende een jaar, ingaand 1 maart 2013.
- Een investeringsfonds van 150 miljoen voor energiebesparende maatregelen in de gebouwde omgeving zowel voor verhuurders als voor eigen woningbezitters. Het fonds wordt aangevuld met middelen uit de markt, zodat het zal verviervoudigen tot 600 mln.
Overige maatregelen
- Mensen die te maken krijgen met een inkomensdaling, terwijl zij eerder een inkomensafhankelijke huurverhoging hebben gekregen, krijgen recht op huurverlaging. Dit tot het niveau dat zij aan huur zouden hebben moeten betalen als zij geen inkomensafhankelijke huurverhoging zouden hebben gekregen; met een maximum van twee jaar terugwerkende kracht. En tot het niveau van de huurtoeslaggrens als de huurprijs daarboven was gestegen.
- De privacy van de huurders zal worden gerespecteerd doordat de huurder geen inkomensgegevens aan de verhuurder hoeft te verstrekken, maar de verhuurders van de belastingdienst te horen krijgen in welke inkomenscategorie hij/zij valt.
- Om de laagste inkomensgroep te ontzien zal het budget voor de huurtoeslag worden verhoogd, zoals in het regeerakkoord aangegeven van 2013 tot en met 2017 in een reeks van 45, naar 135, 225, 315 en 420 miljoen euro.
- Voor gehandicapten en chronisch zieken met een nader te bepalen indicatie kan via een hardheidsclausule een uitzondering gemaakt worden voor de inkomensafhankelijke huurverhogingen. Kabinet en partijen willen hiermee voorkomen dat er investeringen in aanpassingen van woningen verloren gaan en mantelzorg zou worden ontmoedigd.